Door Gangqiang, Verenigde Staten
Ik kwam in mijn eentje in 2007 naar Singapore om te proberen mijn brood te verdienen. Het is in Singapore het hele jaar door ontzettend warm, ik zweette dus elke dag op mijn werk wat af. Ik voelde me ongelofelijk ellendig en ik bevond me ook nog eens op een plek die ik volstrekt niet kende en waar ik geen familie of vrienden had – het leven was zo saai en vervelend. Op een dag in augustus ontving ik onderweg van werk naar huis een evangelisatiefolder waarin stond: “Maar al moet u nog korte tijd lijden, God, de bron van alle genade, heeft u geroepen om in Christus Jezus deel te krijgen aan zijn eeuwige luister.
God zal u sterk en krachtig maken, zodat u staande zult blijven en niet meer zult wankelen” (1 Petrus 5:10). Ik voelde warmte in mijn hart bij het lezen van deze woorden. Wat later ging ik met een broeder naar de kerk. Daar gaf de enthousiaste ontvangst van de broeders en zusters, die naar mijn welbevinden informeerden, me het gevoel van warmte die een familie biedt en die ik lange tijd niet meer had gevoeld. M’n ogen vulden zich plotseling met tranen – ik had het gevoel alsof ik thuis was gekomen. Vanaf die dag was de zondagse kerkgang voor mij een must.
Ik werd die december gedoopt, waarmee ik officieel het pad van geloof betrad. Tijdens een van de kerkdiensten hoorde ik de voorganger Matteüs 18 vers 21 en 22 voorlezen: “Daarop kwam Petrus bij hem staan en vroeg: ‘Heer, als mijn broeder of zuster tegen mij zondigt, hoe vaak moet ik dan vergeving schenken? Tot zevenmaal toe?’ Jezus antwoordde: ‘Niet tot zevenmaal toe, zeg ik je, maar tot zeventig maal zeven.’” Toen ik dit hoorde, dacht ik bij mezelf: Hoe kan de vergiffenis en het geduld van de Heer Jezus zo groot zijn? Hij vergeeft mensen zeventig maal zeven keer. Als de mens dit echt zou doen, dan zou er geen strijd meer zijn, maar alleen maar liefde en warmte! Ik was heel ontroerd door de woorden van de Heer en ik besloot me volgens Zijn leer te gedragen.
Twee of drie jaar later maakte mijn baas me verantwoordelijk voor het beheer van een bouwterrein. Ik stopte dus al mijn energie in het werk en ging niet meer zo regelmatig naar bijeenkomsten. Later werd ik voorgesteld aan meneer Li, een financier die in bedrijven investeerde, en we richtten samen een bouwbedrijf op. Ik was erg gelukkig en was vastbesloten me er helemaal op te storten. Ik raakte vervolgens totaal gevangen in de maalstroom van het geld en ging helemaal niet meer naar de kerk om bijeenkomsten bij te wonen. Ik wilde dat de projecten goed werden uitgevoerd zodat anderen me zouden prijzen voor mijn competentie. Ik werd dus steeds veeleisender tegenover mijn werknemers. Ik berispte hen elke keer dat ik zag dat ze iets hadden gedaan dat niet goed was of niet aan mijn eisen voldeed. De teamleider werd vaak tot tranen gebracht door mijn uitbarstingen. Elke keer dat de werknemers me zagen sloeg de angst hen om het hart en ze gingen zich zelfs voor me verstoppen. Zelfs de relatie met mensen die ooit goede vrienden van me waren geweest bekoelde en ze wilden me niet langer in vertrouwen nemen. Het was heel pijnlijk dit te zien. De Heer Jezus leert ons anderen zeventig maal zeven keer te vergeven en onze naasten als onszelf lief te hebben. Ik had dit echter niet in het minst in praktijk gebracht, zelfs niet één keer. Hoe was dat een christen zijn? Ik wist dat ik zondigde en ik bad vaak tot God, waarbij ik biechtte en berouw toonde. Ik besloot te veranderen. Maar elke keer wanneer ik met iets werd geconfronteerd, zondigde ik ondanks mezelf toch weer. Ik raakte echt gefrustreerd.
In augustus 2015 schortten we onze bedrijfsvoering op omdat het bedrijf het niet goed deed, en ik keerde terug naar huis. Depressief en ellendig, zat ik de hele dag alleen maar te drinken en te gokken. Wanneer mijn vrouw tegen me zei dat ik moest stoppen met drinken, schreeuwde ik slechts tegen haar: “Het is mijn geld, ik heb het verdiend, en ik besteed het zoals ik dat wil ...” Ze kon verder niets doen, ze zat daar dus maar wat te huilen. Elke keer dat ik mijn woede de vrije loop gaf, voelde ik spijt en haatte ik mezelf, maar ik kon mezelf gewoon niet bedwingen. Tegen die tijd had ik alle christelijk fatsoen volledig verloren, mijn gedrag en optreden waren volledig hetzelfde als die van een ongelovige.
In mijn pijn en hulpeloosheid begon ik weer naar de bijeenkomsten in de kerk te gaan. Tijdens die periode bad ik constant tot de Heer Jezus: “Oh Heer! Ik heb zoveel dingen gedaan die ik niet wilde doen, ik heb zoveel dingen gezegd die anderen pijn deden. Ik heb in zonden geleefd en tegen u gerebelleerd. Elke keer dat ik zondig, heb ik spijt en haat ik mezelf echt, maar ik kan mezelf niet beheersen! Ik biecht mijn zonden ‘s nachts op, maar overdag val ik dan weer terug in mijn oude manieren en zondig ik opnieuw. Oh Heer! Ik smeek u mij te redden, wat kan ik doen om me te bevrijden van zonde?”
Op nieuwjaarsdag 2016 zette ik voet op Amerikaanse bodem – ik was naar New York gekomen om wat geld te verdienen. Ik bleef in mijn vrije tijd naar de kerk gaan en sloot me ook aan bij een gebedsgroep, waarbij ik met andere broeders en zusters de Bijbel las en we samen baden. Daar maakte ik kennis met een zuster genaamd Qinglian. Op een dag belde zuster Qinglian me op en zei dat er goed nieuws was dat ze met me wilde delen. Ik zei: “Wat is het goede nieuws?” Ze zei: “Er komt een missionaris op bezoek. Wil je naar haar komen luisteren?” Ik zei: “Fantastisch! Waar is het?” Ze regelde toen een tijd voor me waarop ik naar haar huis kon komen.
Ik ging op die dag naar zuster Qinglian’s huis. Er waren verschillende andere broeders en zusters en na ons te hebben voorgesteld begonnen we allemaal de Bijbel te bespreken. De communicatie van zuster Zhao was heel verlichtend en bouwde me echt op. Ik vertelde haar vervolgens over mijn constante zondigen en berouw tonen, en de pijn van het niet in staat te zijn van de zonde af te komen, en ik vroeg haar om hulp. In de communicatie zei ze dat we, zelfs nadat we tot geloof in de Heer zijn gekomen, nog steeds de hele tijd blijven zondigen, en dat het leven van een leven in de oneindige cirkel van het overdag zondigen en ‘s nachts biechten, waarbij het ons nooit lukt ons ervan te bevrijden, geen probleem was waar alleen ik last van had. Het was veeleer een probleem dat alle gelovigen deelden. Zuster Zhao liet ons toen een video bekijken waarin een aantal van Gods woorden werd voorgelezen. Dit waren de woorden: “Ik zeg dus dat het verstand van de mens en ook zijn geweten, hun oorspronkelijke functie zijn kwijtgeraakt. […] De gezindheid van de mens zou om te beginnen moeten veranderen met de kennis van zijn wezen en door veranderingen in zijn denken, natuur en mentale kijk – door fundamentele veranderingen. Alleen zo komen echte veranderingen tot stand in de gezindheid van de mens. De verdorven gezindheid van de mens is het gevolg van het feit dat Satan hem vergiftigt en vertrapt, en de verschrikkelijke schade die Satan heeft aangebracht in zijn denken, moraliteit, inzicht en verstand. Juist omdat deze fundamentele dingen van de mens door Satan zijn verdorven, en volslagen anders zijn dan hoe God ze oorspronkelijk heeft gemaakt, keert de mens zich tegen God en begrijpt hij de waarheid niet. Veranderingen in de gezindheid van de mens dienen dus te beginnen met veranderingen in zijn denken, inzicht en verstand, waardoor zijn kennis van God en zijn kennis van de waarheid veranderen” (‘Een onveranderde gezindheid betekent vijandschap jegens God’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’).
Ik was echt ontroerd en dacht: Gaan deze woorden niet over mij? Ik kijk altijd neer op anderen, scheld ze uit voor dit en schreeuw tegen ze voor dat. Het ontbreekt me aan moraliteit en verstand, en ik heb het laatste restant aan heilig decorum verloren. Deze woorden drongen alle door tot de kern van mijn wezen. Ik had zoiets nog nooit eerder gelezen, noch had ik ooit enige voorganger zo’n soort preek horen houden. Ik was verdrietig geweest om mijn constante zondigen, maar ik had me nog niet kunnen bevrijden van de boeien van de zonde. Deze woorden toonden me het pad om de zonde achter me te laten en ik verwonderde me: Dit is zo goed geformuleerd. Wie kan deze woorden hebben geschreven?
Zuster Zhao vertelde me dat dit het woord van God was, dat de Heer Jezus reeds was wedergekeerd in het vlees, en dat Hij momenteel het werk van het oordelen en reinigen van de mensen uitvoert door middel van Zijn woord in de laatste dagen. Ik durfde gewoon mijn eigen oren niet te geloven. Welke gelovige verlangt er niet naar Zijn wederkomst? Toen ik zo onverwacht dit nieuws over de wederkomst van de Heer hoorde, was ik zo opgewonden dat ik het even helemaal niet meer wist: was de Heer echt wedergekeerd? Ik vroeg haar gretig door te gaan met haar communicatie. Zuster Zhao sprak: “De Heer Jezus is waarlijk wedergekeerd, en Hij is Almachtige God – de geïncarneerde Christus in de laatste dagen. Hij heeft alle waarheden uitgedrukt om de mensheid te zuiveren en te redden, en is begonnen met het oordeelswerk beginnende bij het huis van God. Hij zal ons grondig redden van het domein van Satan, wij die zijn gebonden door onze satanische natuur en leven in zonde waarvan we onszelf niet kunnen bevrijden. Uiteindelijk zullen we volledige redding bereiken en worden verworven door God. In het Tijdperk van Genade voerde de Heer Jezus alleen het werk van verlossing uit. Hij verloste ons van de zonde en sprak ons vrij van onze zonden zodat we niet langer onder de wet zouden worden veroordeeld. Hoewel de Heer ons van onze zonde heeft vrijgesproken, heeft Hij ons onze satanische natuur en onze satanische gezindheden niet vergeven. Arrogantie, sluwheid, egoïsme, hebzucht, kwaadaardigheid en andere verdorven gezindheden zijn nog steeds in de mens aanwezig. Dit zijn dingen die dieper gaan en hardnekkiger zijn dan zonde. Het is precies vanwege het feit dat deze satanische gezindheden en satanische natuur niet zijn opgelost, dat we ondanks onszelf doorgaan met zondigen, en dat we zelfs zonden begaan die ernstiger zijn dan het schenden van de wet. Wat betreft de farizeeën uit die tijd, was de reden dat ze de Heer weerstonden en veroordeelden, wat zelfs zover ging dat ze Hem uiteindelijk kruisigden, niet dat de zondige natuur van de mens niet was opgelost? Omdat we zelf worden beheerst door deze zondige gezindheden, hebben we hier allemaal in feite een diep begrip van. Daarom vertellen we vaak leugens, handelen bedrieglijk, zijn arrogant en verwaand, en berispen anderen op neerbuigende wijze. We weten heel goed dat de Heer van ons eist dat we anderen moeten vergeven en onze naasten als onszelf moeten liefhebben, en toch brengen we dit niet in de praktijk. Mensen spannen tegen elkaar samen, vechten om roem en rijkdom, en zijn niet in staat harmonieus met elkaar om te gaan. Tijdens periodes van ziekte, natuurrampen of door de mens veroorzaakte rampen geven we nog steeds God de schuld, we ontkennen God zelfs en verraden Hem. Deze feiten tonen aan dat, als we onze satanische natuur en satanische gezindheden niet oplossen, we nooit in staat zullen zijn te ontsnappen aan de vicieuze levenscirkel van zondigen en biechten, van biechten en zondigen. Daarom moet God, om de mens grondig van de zonde te verlossen, een fase van Zijn werk, het oordelen en reinigen, uit te voeren om zo onze zondige natuur op te lossen. Dit is de enige manier waarop we door God kunnen worden gezuiverd en volledig worden gered, en door Hem worden verworven. Laten we nog een paar delen uit de woorden van Almachtige God lezen, dan zul je het wel begrijpen.”
Zuster Zhao opende het boek van het woord van God en begon te lezen: “Ondanks alles waarvan de mens wellicht verlost is en waarvan zijn zonden hem vergeven zijn, kan dit alleen worden opgevat in de zin dat God Zich de overtredingen van de mens niet herinnert en hem niet overeenkomstig behandelt. Wanneer de mens, die leeft in een lichaam van vlees, echter niet van zonde is vrijgemaakt, kan hij alleen maar blijven zondigen en eindeloos zijn verdorven satanische gezindheid blijven openbaren. Dit is het leven dat de mens leidt: een eindeloze cyclus van zondigen en vergeven worden. De meeste mensen zondigen overdag en belijden dit ’s avonds weer. Zelfs als het zondoffer voor de mens voor altijd van kracht blijft, zal het de mens op deze manier niet redden van de zonde. Slechts de helft van het reddingswerk is afgerond, want de gezindheid van de mens is nog steeds verdorven” (‘Het mysterie van de vleeswording (4)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). “Jezus deed veel werk onder de mens, maar voltooide alleen de verlossing van alle mensen en werd het zondoffer van de mens. Hij ontdeed de mens niet van heel zijn verdorven gezindheid. Om de mens volledig van de invloed van Satan te redden, was het niet alleen vereist dat Jezus de zonden van de mensheid als zondoffer op Zich nam, maar ook dat God nog belangrijker werk uitvoerde om de mens volledig te ontdoen van zijn gezindheid die door Satan was verdorven” (‘Voorwoord’ tot ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). “De zonden van de mens werden vergeven en dit is het gevolg van het werk van Gods kruisiging, maar de mens bleef leven in de verdorven satanische gezindheid van weleer. Dit is de reden dat de mens volledig moet worden gered van zijn verdorven satanische gezindheid, zodat zijn zondige natuur volledig kan worden weggevaagd en niet meer zal opkomen, waardoor de gezindheid van de mens kan worden getransformeerd. Hiertoe moet de mens het pad naar groei in het leven, de weg van leven en de weg naar verandering van gezindheid begrijpen. Bovendien moet de mens handelen in overeenstemming met dit pad, zodat zijn gezindheid geleidelijk kan veranderen en hij kan leven in het schijnende licht, zodat al wat hij doet in overeenstemming is met de wil van God, zodat hij zijn verdorven satanische gezindheid kan uitbannen en hij kan losbreken van Satans duistere invloed en volledig van de zonde zal loskomen. Alleen dan zal de mens volledige redding ontvangen” (‘Het mysterie van de vleeswording (4)’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Zuster Zhao sprak in communicatie: “Nu we deze woorden van God hebben gelezen, begrijpen we waarom we altijd gebonden zijn door onze satanische natuur en niet in staat zijn ons te ontdoen van zonde, nietwaar? Tijdens het Tijdperk van Genade voerde God alleen het werk van verlossing uit, niet het werk van het oordelen, reinigen en grondig redden van de mens, het werk van de eindtijd. Hoe we ook onze zonden opbiechten en berouw tonen, hoe we ook proberen onszelf te overwinnen, hoe we ook vasten en bidden, we zullen niet in staat zijn vrijheid van zonde te bereiken. Dat betekent dat, als we ons willen bevrijden van de boeien en controle van onze zondige natuur, het niet genoeg is om alleen maar het verlossingswerk van de Heer Jezus te ondergaan. We moeten het oordeelswerk dat door de wedergekeerde Heer Jezus wordt verricht aanvaarden. Dit is zo omdat God met Zijn oordeelswerk van de laatste dagen vele aspecten van de waarheid uitdrukt om de satanische natuur van de mens, zijn verzet tegen en bedriegen van God, te oordelen en bloot te leggen. Hij openbaart Gods rechtvaardige, heilig, onschendbare gezindheid, waarmee Hij de mensheid door het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden duidelijk de waarheid van haar eigen diepgaande verdorvenheid door Satan laat zien en de mens Gods rechtvaardige gezinde eindtijddheid, die geen overtreding van de mens aanvaard laat kennen, zodat de mens een godvrezend hart kan ontwikkelen en Hij zo de satanische gezindheid van de mens transformeert en zuivert en hem redt van Satans invloed. In Gods majesteitelijke, toornige oordeel en tuchtiging zien we God als het ware van aangezicht tot aangezicht – we zien het grote licht uit de hemel komen. Gods woord doorboort onze harten als een tweesnijdend zwaard, het openbaart onze satanische natuur van verzet tegen en verraad van God, en dringt zelfs door tot onze verdorven gezindheden in de diepste diepten van onze harten, gezindheden die we zelf onmogelijk kunnen ontdekken. Het laat ons inzien dat de essentie van onze natuur is gevuld met zulke satanische gezindheden als arrogantie, verwaandheid, egoïsme, laagheid, ontwijkend gedrag en sluwheid, dat we eenvoudigweg zonder ook maar een greintje menselijke gelijkenis zijn en volledig de belichaming van Satan. Het is alleen dan dat we ons voor God neerwerpen en onszelf beginnen te haten en te vervloeken. Tegelijkertijd voelen we ook diep dat het geheel van Gods woord de waarheid is, dat het geheel de openbaring van Gods gezindheid is alsook wat het leven van God is. We zien dat Gods rechtvaardige gezindheid geen overtreding tolereert en dat Gods heilige essentie niet zal worden bezoedeld. Het resultaat is het ontwikkelen van een hart vol verering voor God. We beginnen uit alle macht de waarheid te zoeken en ons te gedragen volgens het woord van God. Wanneer we gaandeweg de waarheid gaan begrijpen, zullen we onze eigen satanische natuur en gezindheid steeds beter gaan begrijpen en meer en meer onderscheidingsvermogen verwerven. Onze kennis van God zal ook toenemen. Onze interne verdorven gezindheden zullen langzaam worden gereinigd en we zullen worden bevrijd van de boeien van de zonde. We zullen werkelijk bevrijd worden en vrij voor God leven. Dit is precies het resultaat dat door het oordeelswerk van God in de laatste dagen bij de mensheid wordt bereikt. Je kunt dus zien dat het werk van ‘verlossing’ in het Tijdperk van Genade en het werk van het ‘de mens verlossen van de zonde’ in de laatste dagen twee verschillende werkfasen zijn. ‘Verlossing’ was slechts dat de Heer Jezus de zonden van de mens op Zich nam en de mens liet ontkomen aan de straf die ze voor hun zonden zouden hebben moeten ondergaan. Dat betekende echter niet dat mensen zonder zonden waren, laat staan dat ze nooit meer zouden zondigen of dat ze volledig waren gezuiverd. ‘De mens verlossen van de zonde’ betekent daarentegen het volledig blootleggen van de zondige natuur van de mensheid opdat we kunnen leven zonder nog langer uit te hoeven gaan van onze zondige natuur en we een verandering in onze levensgezindheid kunnen bereiken en volledig worden gezuiverd. Daarom is het zo dat alleen door het oordeelswerk van God in de laatste dagen te aanvaarden onze verdorven gezindheden grondig kunnen worden opgelost, we los kunnen komen van Satans invloed en kunnen worden gered, in het koninkrijk van God kunnen worden geleid en Gods beloften en zegeningen kunnen ontvangen.”
Toen ik het woord van God en de communicatie van de zuster hoorde, voelde ik dat ze volkomen overeenkwamen met de werkelijkheid en heel praktisch waren. Ik dacht terug aan de vele jaren als man van geloof: ik loog en bedroog niet alleen vaak, ik was ook arrogant, ongeremd, onbeleefd, onredelijk en eigenzinnig geweest. Mensen die voor me werkten waren bang voor me en bleven op afstand. Dit gold zelfs voor mijn eigen huis, waar ook mijn vrouw en dochter een beetje bang voor me waren. Niemand wilde zich voor me openstellen en ik kon zelfs geen goede vriend vinden om in vertrouwen te nemen. Het was pijnlijk en ik voelde me hulpeloos. Hoewel ik vaak de Bijbel las en bad, mijn zonden voor de Heer opbiechtte en zelfs mezelf verachtte, bleef ik toch dezelfde verschrikkelijk dingen doen. Ik kon mezelf in het geheel niet veranderen. Iemand zoals ik, die constant zondigt en zich tegen God verzet, heeft het oordeelswerk van God in de laatste dagen hard nodig! De Heer Jezus is nu wedergekeerd – Hij is de geïncarneerde Almachtige God. Ik heb echt extreem veel geluk dat ik nu de kans heb de stem van God te horen en te ontdekken dat de Heer Jezus is wedergekomen om de waarheid te brengen en het werk van het oordelen, reinigen en redden van de mens te ondernemen! Die zuster zag dat ik vervuld was van verlangen en gaf me dus een exemplaar van een boek van Gods woord: Gods schapen horen de stem van God. Ik nam het blij in ontvangst en besloot mijn geloof in De Kerk van Almachtige God werkelijk te beoefenen!
Ik las veel van Gods woorden nadat ik Almachtige Gods werk van de laatste dagen had aanvaard. Ik las over de drie fasen van Gods werk, het mysterie van de incarnatie, de betekenis van Gods naam en de waarheid achter de Heilige Schrift, alsook over hoe de overwinnaars worden gevormd, hoe het koninkrijk van Christus wordt gerealiseerd, hoe het uiteindelijke einde en de uiteindelijke bestemming van elk type mens wordt bestemd, en andere aspecten van de waarheid, waarbij ik gaandeweg enig begrip over ze verwierf. Ik verwierf ook meer geloof in God.
In het begin voelde ik me van streek en slecht op me gemak wanneer ik Gods woorden las die de mens zo streng oordelen en ontmaskeren en had ik er zo mijn eigen mening over. Ik vond dat Gods woorden te streng waren. Kon Hij niet een beetje zachtaardiger zijn? Als God de mens op deze manier oordeelt, is de mens dan niet al veroordeeld? Hoe kan hij dan werkelijk gered worden? Later las ik in het woord van God: “In de laatste dagen gebruikt Christus een verscheidenheid aan waarheden om de mens te onderwijzen, het wezen van de mens te ontmaskeren, en zijn woorden en daden te ontleden. Deze woorden omvatten verscheidene waarheden, zoals de plicht van de mens, hoe de mens God moet gehoorzamen, hoe de mens trouw moet zijn aan God, hoe de mens een normale menselijkheid moet naleven, alsook de wijsheid en de gezindheid van God, enzovoort. Deze woorden doelen allemaal op het wezen van de mens en zijn verdorven gezindheid. In het bijzonder die woorden die aan de kaak stellen hoe de mens God versmaadt, worden gesproken in verband met hoe de mens een belichaming van Satan is en een vijandelijke macht tegen God. Door het ondernemen van Zijn werk van oordeel, maakt God niet zonder meer de natuur van de mens duidelijk met slechts een paar woorden; over een langer tijdsbestek houdt Hij Zich bezig met ontmaskeren, behandelen en snoeien. Deze methoden van ontmaskering, behandelen en snoeien kunnen niet vervangen worden door gewone woorden, maar met de waarheid die de mens in het geheel niet bezit. Alleen dit soort methoden wordt beschouwd als oordeel; alleen door middel van dit soort oordeel kan de mens onderworpen worden en grondig overtuigd worden om zich aan God te onderwerpen, en daarenboven ware kennis van God te vergaren” (‘Christus doet het werk van het oordeel met de waarheid’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). “Waardoor is Gods vervolmaking van de mens bereikt? Door Zijn rechtvaardige gezindheid. Gods gezindheid bestaat in de eerste plaats uit rechtvaardigheid, toorn, majesteit, oordeel en vloek en Zijn vervolmaking van de mens komt voornamelijk door oordeel. Sommige mensen begrijpen het niet en vragen waarom het is dat God alleen in staat is om de mens volmaakt te maken door oordeel en vloek. Ze zeggen: ‘Als God er was om de mens te vervloeken, zou de mens dan niet sterven? Als God de mens zou oordelen, zou de mens dan niet veroordeeld worden? Hoe kan hij dan nog steeds volmaakt worden gemaakt?’ Dat zijn de woorden van mensen die het werk van God niet kennen. Wat God vervloekt is de ongehoorzaamheid van de mens en wat Hij oordeelt zijn de zonden van de mens. Hoewel Hij hard en zonder enige gevoeligheid spreekt, openbaart Hij alles wat zich in de mens bevindt en door deze strenge woorden openbaart Hij dat wat wezenlijk is in de mens, maar door een dergelijk oordeel geeft Hij de mens een diepgaande kennis van het wezenlijke van het vlees en aldus onderwerpt de mens zich aan gehoorzaamheid aan God. Het vlees van de mens is zondig en van Satan, het is ongehoorzaam en het onderwerp van Gods tuchtiging en dus, om de mens zichzelf te laten kennen, moeten de woorden van Gods oordeel hem overkomen en moet er elke vorm van loutering worden toegepast; alleen dan kan Gods werk effectief zijn” (‘Alleen door pijnlijke beproevingen te ervaren, kun je de liefelijkheid van God kennen’ in ‘Het Woord verschijnt in het vlees’). Op basis van Gods woorden realiseerde ik me dat God Zijn werk van oordeel in de laatste dagen uitvoert door het uitdrukken van de waarheid, en dat Hij de verdorven gezindheden, satanische natuur en slechte daden die God weerstaan streng oordeelt, openbaart en veroordeelt. Hij doet dit opdat we duidelijk de waarheid van onze eigen verdorvenheid zien, grondig de essentie van onze verdorven gezindheden begrijpen, en onze eigen satanische natuur en de bron van onze verdorvenheid kennen. Dit is de enige manier waarop we onszelf kunnen verachten en het vlees kunnen verzaken. Daarnaast is het alleen maar omdat God Zijn rechtvaardige, majesteitelijk en toornige gezindheid toont door Zijn oordeel en tuchtiging, dat we Zijn rechtvaardigheid en heiligheid kunnen zien, en dat we duidelijk onze eigen vuilheid, lelijkheid en slechtheid kunnen zien. God doet dit ook opdat we onze eigen satanische natuur en de waarheid van onze verdorvenheid zullen kennen. Als God de mens niet zo streng zou oordelen, als God de verdorvenheid van de mens niet zou blootleggen door tot de kern van de zaak door te dringen, en als Hij Zijn rechtvaardige en majesteitelijke gezindheid niet zou openbaren, dan zouden wij mensen, wij die zo diepgaand door Satan zijn verdorven, niet in staat zijn over onszelf na te denken en onszelf te leren kennen. We zouden niet in staat zijn de waarheid te kennen over onze eigen verdorvenheid of onze eigen satanische natuur. Als dat het geval zou zijn, hoe zouden we onszelf dan kunnen bevrijden van onze zondige natuur en kunnen worden gezuiverd? Uit de resultaten die worden bereikt met Gods strenge woorden kunnen we opmaken dat in deze woorden Gods ware liefde voor de mens en de nauwgezette inspanningen die Hij verricht om de mens te redden schuilgaan. Hoe meer ik Gods woorden lees, hoe meer ik voel hoe geweldig Gods oordeelswerk is. Gods werk is zo praktisch! Alleen Gods strenge oordeel kan de mens zuiveren, transformeren en redden. Het oordeelswerk van God in de laatste dagen is werkelijk wat we nodig hebben!
Vanwege mijn arrogante en extreem zelfvoldane natuur las ik anderen vaak op neerbuigende wijze de les wanneer ik met hen sprak en had ik bij mijn optreden lak aan alles en iedereen. Ik hield er altijd van als anderen naar me luisterden en was geneigd op te scheppen. Tijdens bijeenkomsten communiceerde ik vaak hoe ik problemen in mijn werkeenheid had opgelost, hoe ik personeel dat mijn instructies niet had opgevolgd de les had gelezen en hen naar mij had laten luisteren, alsook hoe mijn vrouw en dochter deden wat ik ze vertelde te doen. Vooral wanneer ik over Gods woorden communiceerde, zei ik dingen zoals: “ik geloof dat deze passage van Gods woorden dit betekent” en “dit is wat ik denk”. Een broeder zag dat ik altijd een arrogante en zelfvoldane gezindheid openbaarde, zonder dat ik daar zelf erg in had. Hij wees me daar tijdens een bijeenkomst op en zei dat dat het op deze manier spreken en handelen een uitdrukking van arrogantie, zelfingenomenheid en onredelijkheid was. Als iemand me dat in het verleden zou hebben verteld, en dat ook nog eens ten overstaan van zoveel mensen, zou ik zeker mijn zaak hebben verdedigd en de aantijgingen hebben weerlegd. Op dat moment besloot ik echter mijn mond te houden, geen discussie aan te gaan of mezelf te rechtvaardigen, omdat me de volgende woorden uit ‘Preken en communicatie over het intreden in het leven’ te binnen schoten: “Wanneer je altijd ‘ik denk’ zegt bij elk onderwerp dat je tegenkomt, nou, dan is het beter dat je je eigen opinies laat varen. Ik roep je op je eigen opinies los te laten en de waarheid te zoeken. Bekijk wat de woorden van God zeggen. Jouw ‘opinie’ is niet de waarheid! [...] Je bent te arrogant en te zelfingenomen! Zelfs in het licht van de waarheid kun je je eigen opvattingen en illusies nog niet laten varen en ze ontkennen. Je wilt God niet in het minst gehoorzamen! Wie van degenen die de waarheid werkelijk zoeken en waarlijk een hart hebben dat God vereert zegt nog steeds ‘ik denk’? Deze spreekwijze is reeds geëlimineerd. Dit is de openbaring van de satanische gezindheid.” Deze communicatie herinnerde me eraan dat ik, elke keer dat ik een kwestie tegenkwam, over het algemeen de woorden ‘ik denk’, ‘ik hou vol dat’, en ‘ik geloof’ op mijn lippen had, dat ik altijd begon met het woord ‘ik’, en altijd het laatste woord had over alles. Ik geloofde dat ik dingen zelf kon doorzien en problemen kon aanpakken. Ik liet anderen altijd doen wat ik zei en liet hen me gehoorzamen. Openbaarde ik doordat ik altijd zo’n hoge dunk van mezelf had niet juist een arrogante gezindheid? Wat die broeder tegen me zei toen hij me op mijn gezindheid wees, was helemaal waar, en ik zou het moeten aanvaarden. De dingen die ik geloofde sproten voort uit mijn opvattingen en voorstellingen, ze waren afkomstig van Satan en ze waren zeker niet de waarheid. Ik dacht erover na hoe ik, of ik nu thuis, op het werk of onder mijn collega’s was, me altijd had gedragen alsof ik nummer één was. Als er iemand was die niet naar me luisterde, of iets deed dat niet overeenstemde met mijn opvattingen, werd ik kwaad en las hem of haar de les. Het feit dat ik zulke dingen kon openbaren betekende dat er geen plaats voor God in mijn hart was, dat ik God niet als groot eerde, maar liever mezelf als groot eerde. Dat was de manier waarop ik over het algemeen sprak en me gedroeg, wat bewees wat een ongelooflijk arrogante gezindheid ik heb!
Later las ik deze woorden van God: “Als je echt de waarheid in je hebt, dan is het pad dat je begaat vanzelf het correcte pad. Zonder de waarheid is het makkelijk kwaad te doen, en doe je dat in weerwil van jezelf. Als je bijvoorbeeld arrogantie en verwaandheid in je had, zou je het onmogelijk vinden om God niet te trotseren. Je zou je gedwongen voelen om Hem te trotseren. Je zou het niet expres doen, je zou het doen omdat je arrogante en verwaande natuur over je heerst. Door je arrogantie en verwaandheid zul je op God neerkijken en Hem als onbelangrijk beschouwen, daardoor zou je jezelf verheffen, daardoor zou je jezelf voortdurend op de voorgrond plaatsen, en daardoor zou je ten slotte op Gods plaats gaan zitten en getuigenis afleggen voor jezelf. Uiteindelijk zou je je eigen ideeën, gedachten en opvattingen maken tot waarheden die moeten worden aanbeden. Zie toch hoeveel kwaad wordt gedaan door mensen die in de greep zijn van hun arrogante en verwaande natuur! Om hun kwade daden op te lossen, moeten ze eerst het probleem van hun natuur oplossen. Zonder verandering in hun gezindheid zou het niet mogelijk zijn dit probleem tot een fundamentele oplossing te brengen” (‘Alleen door de waarheid na te streven kun je veranderingen in je gezindheid realiseren’ in ‘Verslagen van de gesprekken van Christus’). Elk woord dat door God is gesproken is de waarheid – ik was volkomen overtuigd. Ik dacht eraan hoe ik de gewoonte had anderen neerbuigend de les te lezen, op bouwplaatsen, onder mijn collega’s en wanneer ik thuis was. Dit alles kwam omdat ik door mijn satanische, arrogante natuur werd gedomineerd. Het werd niet veroorzaakt omdat ik een boos mens ben, omdat ik een slecht humeur heb, of omdat het me aan zelfbeheersing ontbreekt. Ik geloofde van mezelf dat ik kaliber en talent had en goed kon verdienen, ik dacht dus dat ik beter was dan anderen. Ik keek neer op alle anderen, ik dacht dat ik beter was dan iedereen en speelde altijd de baas over andere mensen. Deze dingen voedden mijn arrogantie en vormden de essentie van mijn leven. Ik had de bron van mijn zonde gevonden en had de hachelijke gevolgen van het niet oplossen van mijn satanische en verdorven gezindheid gezien. Ik deed dus mijn best om heel veel woorden van God op te zoeken en te lezen die de arrogante natuur van de mens oordeelden en blootlegden, en dacht erover na hoe ik er in vergelijking afkwam. Door middel van Gods woorden van oordeel en openbaring, alsook door de communicatie van broeders en zusters tijdens bijeenkomsten, begon ik een oppervlakkig begrip te verwerven van mijn eigen arrogante natuur. Ik zag dat ik in feite niet beter was dan wie dan ook en dat mijn vaardigheden en rijkdom mij door God waren geschonken, het was dus niets om over op te scheppen. Als God me geen wijsheid en intelligentie had geschonken, als God me niet had gezegend, wat zou ik dan, alleen op mezelf vertrouwend, hebben kunnen doen? Er zijn zoveel getalenteerde mensen op de wereld. Waarom werken ze zo hard en jagen ze van hot naar her in hun leven, om aan het einde met lege handen achter te blijven? Ik vond in Gods woorden ook het pad om mijn arrogante natuur op te lossen. Dit pad hield in aanvaarden te worden gesnoeid en behandeld te worden door mijn broeders en zusters, meer oordeel, tuchtiging, beproevingen en loutering van God te accepteren, na te denken over mezelf in het licht van Gods woorden, ware zelfkennis en zelfhaat te bereiken en niet langer volgens mijn satanische gezindheid te handelen, maar overeenkomstig Gods woorden. Ik ervoer later vele gevallen waarin ik werd geoordeeld en getuchtigd, gesnoeid en behandeld, en ik ondervond ook vele terugslagen en mislukkingen. Mijn kennis van mijn satanische natuur en verdorven essentie verdiepte zich geleidelijk en ik verwierf ook een oppervlakkig begrip van Gods grootheid, rechtvaardigheid en heiligheid. Hoe beter ik Gods rechtvaardigheid en heiligheid leerde kennen, hoe meer ik mijn eigen smerigheid, laagheid, onbelangrijkheid en erbarmelijkheid zag. De dingen die ik eerder belangrijk had gevonden en waarover ik had opgeschept, waren voor mijn gevoel zelfs niet meer de moeite van het vermelden waard. Voordat ik er erg in had, begon mijn arrogante gezindheid te veranderen. Wanneer iemand iets zei dat juist was – broeders en zusters, mijn collega’s of mijn familie – aanvaardde ik het. Ik sprak niet langer op neerbuigende toon met anderen, maar trad met nederigheid op en ik had niet langer lak aan alles en iedereen. Wanneer er een probleem opkam, besprak ik het met anderen en handelde overeenkomstig de suggestie die juist was, van wie deze ook afkomstig was. Langzamerhand begonnen mijn relaties met degenen om mij heen normaal te worden. Ik had vrede en vreugde in mijn hart en ik voelde dat ik eindelijk een beetje menselijke gelijkenis aan het uitleven was.
Door constant Gods woord te lezen en het leven van de kerk te leven, voelde ik meer en meer hoe waarlijk geweldig het was dat ik in staat was het oordeelswerk van God in de laatste dagen te aanvaarden. Ik ervoer echt dat er geen manier was waarop ik zelf mijn verdorven gezindheid kon oplossen. Alleen door het oordeel en de tuchtiging van Gods woorden ben ik gaandeweg veranderd en gereinigd. In De Kerk van Almachtige God zie ik vele broeders en zusters hard werken om de waarheid te zoeken en het oordeel en de tuchtiging van de woorden van Almachtige God aanvaarden. Elke keer dat iemand verdorvenheid openbaart, wijzen anderen daarop en iedereen helpt elkaar. We denken allemaal over onszelf na en kennen onszelf in het licht van Gods woorden, en we zoeken de waarheid om onze verdorvenheid op te lossen. Iedereen oefent zich erin een eerlijk mens en zuiver en open te zijn. We aanvaarden en onderwerpen ons aan elke communicatie die overeenkomstig de waarheid is en onze verdorven gezindheden veranderen meer en meer. De woorden van Almachtige God kunnen inderdaad mensen zuiveren en veranderen. De geïncarneerde God is onder ons gekomen, Hij drukt persoonlijk Zijn woorden uit om ons te oordelen en te zuiveren, en Hij leidt ons om onze zonden af te werpen en volledig te worden gered – we hebben zoveel geluk! Toen ik dacht aan al die ware gelovigen die ongeduldig wachten op Zijn komst, die ernaar verlangen de boeien van de zonde af te werpen en te worden gereinigd, die echter in pijn leven, zonder een pad dat ze kunnen volgen, bad ik tot God en nam ik een besluit: “Ik wil uw koninkrijk evangelie prediken aan andere mensen zodat ze zoals ik kunnen worden, uw voetstappen volgend en het pad betredend naar zuivering en volledige redding!”
De bijbelteksten zijn ontleend aan de Nieuwe Bijbelvertaling © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap.
Meer informatie: De kerk van Almachtige God kennen leren
Geen opmerkingen:
Een reactie posten